Human Rights March:“War is not my language”

(Enkele ingekorte uittreksels uit een verslag van Leen Laenens)
Jennie, Leen, Marianne, Mieke, Ria en Ruth gingen vanuit Vlaanderen in op de uitnodiging van de Noorse initiatiefneemsters voor de Internationale Human Rights March (20/12/2003-10/01/2004)(1). Zij stapten in deze vrouwenmars mee vanaf 2 januari. Het initiatief wilde Israëlische en Palestijnse vrouwen echt samen brengen; een basis van samenhorigheid creëren - zowel het Palestijnse als het Israëlische volk voelen zich alleen. Van Palestijnse zijde wilde men vooral tonen wat er gebeurt in de Palestijnse gebieden. De noden beter leren kennen, het lot van de politieke gevangenen, projecten opzetten van olijfboom-heraanplanting, een ‘toerisme van de solidariteit’ stimuleren, kinderen die hun vader verloren hebben beter opvangen… Nieuwe alternatieven uitwerken, zien hoe we als vrouwen van onderuit de kracht kunnen laten groeien. Rode draad door dit alles is het respect voor de mensenrechten! Het programma was uitgetekend door de Israëlische Coalition of Women for Peace, (een coalitie van 9 vredesbewegingen) samen met het Jeruzalem Center for Women en de Union for Palestinian Women(2).
3/1 In de namiddag is Dr Hannaz Katz(3) aan het woord; oorlog heeft een prijs en wie zal het meest verliezen? Men ontkent totaal het psychologisch effect van het geweld op lange termijn. Er wordt niet genoeg stilgestaan bij de ontreddering bij vele soldaten wanneer ze na hun verplichte dienstplicht (jongens: drie jaar, meisjes: twee) naar de samenleving terugkeren. Er is een zeer hoog percentage dodelijke verkeersongevallen en veel zelfmoorden. Het geweld veroorzaakt volgens haar een sneeuwbaleffect in de samenleving. De media laten weinig ruimte voor interpretatie waardoor er veel onwetendheid is over wat er werkelijk aan de gang is in Israël en de Palestijnse gebieden. Zo zou de meerderheid van de Israëlische bevolking nog steeds menen dat de Palestijnen de vernietiging van de staat Israël willen. De impact van de bezetting is dat armen armer worden en rijken rijker, en dat meer en meer geld naar veiligheid en investeringen in de kolonies (joodse nederzettingen) gaat. (Kostprijs van de muur wordt op 2 miljoen $ per km geschat!) 4/1: bezoek aan de Negev Hier leven naast joden de oorspronkelijke bewoners, de Bedoeïnen, allemaal Palestijnen. Als nomadenvolk werden ze verplicht in nederzettingen te gaan leven. Doelstelling is een grotere controle te kunnen uitoefenen en vooral om hun grond te kunnen aanslaan. Er is geen officieel registratiesysteem van de gronden. Verkoop gebeurde via een akkoord tussen koper en verkoper. Die akkoorden worden door de Israëlische overheid niet gerespecteerd. In Beersheba ontmoeten we Rema en Yeela, een Bedoeïnen en een Joodse, die de kloof tussen joodse en Bedoeïnen vrouwen willen verkleinen; zowel via wijkwerking als via politiek lobbywerk willen ze respect voor mensenrechten inclusief de erkenning van de Bedoeïnen afdwingen. Het zijn immers burgers van dezelfde staat Israël, ze hebben dus dezelfde rechten. Mannen gaan meer en meer naar het leger: een goed betaalde job met uitzicht op een vaste baan. Maar hierdoor is er een groot wantrouwen binnen de Bedoeïnen gemeenschap geslopen. Ze moeten immers tegen hun Palestijnse broeders strijden. 5/1: Checkpoints en Gaza Tot nu toe was de toelating om Gaza te betreden niet rond, maar er was ook geen weigering. Langs de andere kant van het checkpoint Erez staan meer dan 200 mensen ons op te wachten met een traditionele maaltijd en een programma van drie dagen doorheen de Gaza. Er werd uren onderhandeld maar tevergeefs. Tijdens het wachten komt Safwat Diab ons vervoegen. Hij werkt voor het programma Volksgezondheid in het Jabaliakamp in de Westbank. Hij kon uitzonderlijk voor één dag Gaza verlaten om naar een congres in Jeruzalem te gaan. Safwat: “Het is hier voor ons een zeer harde tijd. De laatste drie maanden werden hier 40 mensen vermoord, 2700 huizen verwoest, alle bomen aan checkpoint Ethanum en alle bomen aan de grens met Egypte werden vernield. Er leven 1.400.000 mensen op 270 km². Meer dan 60% daarvan zijn vluchtelingen. Jabalia is het grootste vluchtelingenkamp ter wereld, met 50 000 mensen waaronder veel kinderen. 80% van de mensen zijn werkloos, 20% moeten dus zorgen dat iedereen het hoofd boven water kan houden. Er zijn heel veel daklozen maar de Palestijnse Autoriteit staat machteloos. Er is enorm veel infrastructuur vernield en er wordt niets meer (herop)gebouwd”. Geweld veroorzaakt geweld, benadrukt hij, en hij veroordeelt het terrorisme. “Politici spelen werkelijk met het leven van hun volk”. Hij gelooft in de kracht van vrouwen om een nieuwe toekomst voor de streek uit te tekenen. “Iedereen die ziet wat hier gebeurt, moet de boodschap uitdragen, als een profeet”. Op de vraag waar we het Geneva-akkoord moeten plaatsen, stelt hij dat alles wat in de richting van vrede gaat positief is, maar het probleem is dat bij onderhandelaars niet echt vertegenwoordigers van de vluchtelingen zelf zitten. Zo liep het ook bij de Oslo-akkoorden. De onderhandelaars kenden de situatie ter plaatse niet en accepteerden zo dat er voortdurend settlements (joodse nederzettingen) bij konden komen. “Mensenrechten zijn één en ondeelbaar, ofwel ga je d’er voor ofwel niet. Zo kan je recht op terugkeer niet opdelen. Eens er een echt commitment is, kunnen ze kijken hoe die eis van volledige terugkeer bij te sturen. Men heeft geen vertrouwen meer in al die akkoorden, ze werden immers nooit uitgevoerd. Hoe dikwijls heb ik in mijn politieke tussenkomsten niet gesteld dat mensenrechten één en ondeelbaar zijn. Dit wordt meestal beaamd, maar de praktijk ‘kijkt’ dan later de andere richting op”. “De opvoeding van onze kinderen, de toekomst, moet gebaseerd zijn op die internationale waarden, op die mensenrechten. (Later hoor ik dit ook bevestigd door Salah Yassin van het Palestijns Centrum voor het Curriculum, het hart van de Palestijnse leerplannen: “Wij willen de kinderen een zelfbeeld geven, een identiteit vormen van Palestijnen die een vredevolle uitbouw van hun land willen, gebaseerd op de internationale rechtsregels”.) En tenslotte verwijst Safwat naar Mohammed de profeet, die zei dat je de verdrukker en de verdrukten moet helpen. “Hoe kunnen Palestijnen de verdrukkers helpen? Door hen te doen stoppen. Ook daarom zijn jullie hier. Je moet geloven dat we geleidelijk aan in die richting evolueren. Ja, je moet blijven geloven...” We rijden naar checkpoint Carny, de Raffian-crossing waar alle goederen Gaza worden binnengebracht. Dit betekent dat van het eerste tot het laatste stuk van de truck wordt afgehaald, onderzocht en dan in een gesloten gebouw ondergebracht. De deur langs Israëlische kant gaat toe, en dan pas wordt deur langs de kant van Gaza geopend. Er is dus nooit contact tussen diegenen die het van de ene kant naar de andere brengen. Zelfs de brandstof wordt allemaal overgepompt. We zijn erg blij dat Tina erin geslaagd is ons melkpoeder ter waarde van 3000 dollar binnen te krijgen. Dit was de uitdrukkelijke vraag van de vrouwen vanuit Gaza. Merkwaardig hoe alles er hier opengebroken bijligt. Blijkt dat de Israëlische veiligheidsdiensten overtuigd waren dat er geheime gangen gegraven werden om Gaza te kunnen verlaten. Niets beter op gevonden dan alles open te breken. We vernemen dat de vijf jonge dienstweigeraars die een open proces vroegen 1 jaar langer gevangenis straf kregen omdat ze blijven weigeren dienst te nemen in het leger(4). Hoe verliep het onze delegatie Noorse onderhandelaarsters ondertussen aan het checkpoint? Toen ze de twee bussen vrouwen zagen stelden de soldaten zich zeer hard op. Onze onderhandelaarsters zijn dan van strategie veranderd en hebben de soldaten benaderd als mensen die een rol moeten spelen die ze niet willen, die van soldaat. Je merkt snel dat dit een toenadering betekent en de vrouwelijke kapitein geeft toe dat ze de rol die ze moet spelen ook niet wil. Het checkpoint Erez is werkelijk schokkend. De 20% die buiten kan om te gaan werken moeten dagelijks twee maal door een tunnel, zeker 5 minuten stappen, en een strenge veiligheidscontrole passeren, zelfs een sandwich is verdacht. Blijkt dat heel wat van de mannen om 2 uur in de nacht hun bed uitmoeten om tijdig op de job te geraken. Onze spandoek moet onze solidariteit bevestigen. Wat me vooral treft is dat velen echt (oog)contact appreciëren en dan gaan de peacevingers langs beide zijden spontaan de hoogte in. Waar blijven ze de kracht halen? Geen keuze tenzij de keuze van het overleven. ’s Avonds getuigt de Palestijn Ibrahim Bushnak van de “Cirkel van de Ouders” hoe hij leeft en werkt met joden, maar wel ageert tegen de huidige regering. Idealiter wilden ze als één groep werken, Israëli en Palestijnen samen. Dit is niet gelukt maar ze zijn in permanent contact. Ibrahim’s organisatie vertegenwoordigt 1500 mensen die allen een geliefde verloren. Ze komen overal in de media, behalve in Israël. Hij vraagt zich af hoe het komt dat wat zij als gewone burgers bereiken, niet mogelijk is voor de officiëlen. Als je probeert zal het je lukken! Op de vraag hoe hij naar de toekomst kijkt, vergelijkt hij met de Fransen en de Duitsers, nu 50 jaar na WO II. Hij is ook directeur van de International Society for Cultural Exchange(5). Dat heeft programma’s waar Egyptische, Palestijnse, Jordaanse, Israëlische en Libanese jongeren samengebracht worden om de toekomst op te bouwen. Hier wil ik zeker iets mee doen eens terug in België. Hij blijft geloven in de kracht van de mensen. De bezetting van Beiroet werd gestopt na demonstraties van 500.000 mensen. Dit kunnen wij ook, stelt hij! 6/1: actie gevraagd In het ‘tekstcomité’ krijg ik de wind van voren als ik een oproep doe om in de brief naar de ambassadeurs van de landen van alle deelneemsters, niet te spreken van veiligheidsmuur of van separation-wall, maar van apartheidsmuur. “Geen politiek” was het antwoord. Ja, dan waren ze bij mij aan het verkeerd adres. Ik argumenteer nog dat ze een Engels woordenboek moeten ter hand nemen om te lezen wat de definitie is van het universeel geworden begrip apartheid. Vruchteloos. Op dat moment is Hanna Anwad bij ons, een Palestijnse dichteres: “Geen twijfel, voor ons Palestijnen is dit de apartheidsmuur”. Het getuigt van weinig respect dat ze niet gevolgd wordt door de meerderheid. 7/1: naar Tel Aviv Aliah, een 80 jarige vredesactviste uit Jaffa is onvermoeibaar. Een letterlijke storm weerhoudt haar er niet van ons in Tel Aviv van de ene ambassade naar de andere te loodsen. We beginnen bij de Amerikaanse, de pit van het probleem maar ook het begin van de oplossing. Spandoek en peacevlaggen op de stoep, ter ondersteuning van onze Amerikaanse vriendinnen die hun ambassadeur proberen te overtuigen. Voorbijgangers sympathiseren met ons, een hart onder de riem. Later worden we een tiental minuten rechtstaand ontvangen door Belgische ambassadeur, die zegt dat we bij de Israëlische ambassadeur in Brussel moeten zijn en bij de Europese vertegenwoordiging. Zelf kan hij niet veel doen. Terug thuis hebben we beiden gecontacteerd, tot nu toe geen reactie. 9/1: Bethlehem Jina Anastas is gemeenteraadslid(6).. Moedeloos vertelt ze hoe men probeert het enige hotel open te houden. Bethlehem is werkloos, want Bethlehem is toerisme, is bedevaart. Alle dagen trekken mensen naar het buitenland om zowel sociale als economische als politieke redenen. Ze maken een eiland van de stad, zegt ze, en daarbinnen nog een eiland dat helemaal zal afgesloten worden: de muur komt rond ‘Rachel’s Tomb’, in het centrum van Bethlehem. Dat daarbinnen ook het enige kinderziekenhuis ligt schijnt niet te deren. De willekeur om de stad en het land te mogen verlaten wordt schrijnend geïllustreerd door het verhaal van de kinderen die verleden zomer op vakantie mochten naar België. Ze stonden, koffers in de hand, te wachten toen bleek dat ze geen toelating kregen. Vertel dat maar eens aan die kinderen! De stad heeft torenhoge schulden en kan haar personeel niet betalen. Bovendien werd geld van de donoren geblokkeerd door de Wereldbank, officieel omwille van corruptie. Van dat geld gaat de regering nu nog sommen afhouden als schadevergoeding voor de selfbombers. Tijdens de eerste Intifada bleven mensen allemaal werken maar waren wel burgerlijk ongehoorzaam. De tweede intifada wordt meer en meer beheerst door religieuze redenen en Hamas riskeert Palestina te militariseren. Dat vertelt ons Jiries Atrash, van President’s Office in Bethlehem. Er is wel enig lichtpunt in het verzet tegen de muur, waar zowel Palestijnen als Israëli’s aan deelnemen. Jiries vertelt ook over de zaak die zal ingeleid worden voor het internationaal gerechtshof in Den Haag op 23 februari. Vrijdagavond leggen we onze ideeën bij mekaar die ervoor moeten zorgen dat we niet ‘in slaap vallen’ eens terug in ons thuisland. Nooit meer zwijgen, zoveel is duidelijk. Op 23 februari manifesteren in Den Haag, sowieso. 10/1 Eén van de hoogtepunten van de mars is deze slotdag en die zal ik alleen onrechtstreeks beleven. Ik ga immers met de heer Couvreur terug naar Gaza, we hopen daar het ziekenhuis en het vluchtelingenkamp Jabalia te bezoeken. Onze hoop wordt verijdeld. Een schriftelijke aanvraag vanwege de Belgische consul werd dinsdagmorgen doorgefaxt zoals de nieuwe procedure die sinds een week van kracht is het voorschrijft. Maar zaterdag is Sabbat en telt niet mee als “dag”. Uren palaveren aan het checkpoint mogen niet helpen. We rijden terug door het binnenland van Israël, en zien wat een mooi land het zou kunnen zijn. In Abu Dis rijden we naar de oprukkende muur. Hier zijn geen woorden voor, de beelden spreken voor zich. Levens worden hier verwoest door ze botweg in twee te snijden, met een muur van 8 meter hoog. De actie aan het checkpoint van Ramallah van onze zusters was wel indrukwekkend vertellen ze me, de helft langs Palestijnse en de helft langs Israëlische kant. De Noorse Kari, die een kleurrijke gebreide sjaal van 500m zou ontrollen en zo de twee kanten met elkaar verbinden.’s Avonds nemen we afscheid van mekaar en van de Israëlische dappere vredesactivisten. Enkele slotimpressies die ons het meest bijbleven: Zulk een verlies aan energie van al die jonge mensen De t-shirt “war is not my language”, de reacties erop van de straat De kwaliteit van het leven tegenover de eindeloze vernedering Zulk een kracht vanuit het Palestijnse volk Palestijnen die ons nog dank je wel zeggen Het gevoel van gastvrijheid en moed dat doorkruist wordt door het gevoel bij jezelf van diepe schaamte We leren niets uit de geschiedenis 2000 mensen die ’s nachts om 2 uur opstaan om te gaan werken tell it tell it to other people dit land is zo schizofreen mensenrechten, dat moet in een andere wereld zijn duizenden individuele drama’s, on both sides Leen Laenens (Wie het volledig rapport wenst: mail naar leen.laenens@groen.be) (1) zie http://www.humanrightsmarch.org (2) meer over deze organisaties: zie o.a. in onze Magazines voor Vredesactie nr. 205, 209 en 212 (3) Directrice Commitment to Peace and Just Society. Het centrum benadert de problematiek vooral vanuit de invalshoek sociale rechtvaardigheid. Zij willen via een geweldloze strategie en niet provocerend bruggen bouwen tussen beide volkeren. Ze hebben buiten Jeruzalem ook een bureau geopend in Rahat zowel voor Joodse als Arabische dienstverlening. (4) PO-box 25, Kafr Manda, ( ibrahimbushnak@yahoo.com) (5) Zie interview met Anastas in ons Magazine nr.209