Palestina: Strijden tegen onrecht

Net als we deze inleiding schrijven blazen weer twee mensen in Israëlische bussen zichzelf, hun medepassagiers en wat rest van het vredesproces op. Dat soort verzet tegen het onrecht roept alleen nog meer tegengeweld op. Strijden tegen de bezetting, tegen de muur, tegen de behandeling van de gevangenen, gebeurt gelukkig ook op andere manieren. Openlijke, gezamenlijke, geweldloze acties blijven de regering hardnekkig confronteren met eisen voor rechtvaardigheid en vrede. Internationale solidariteit is meer dan ooit nodig.
De Muur der Apartheid Al enkele maanden wordt overal ter wereld fel geprotesteerd tegen de ‘veiligheidsmuur’ die Israël bouwt om de bezette Palestijnse gebieden af te schermen tegen infiltratie door terroristen. Op 9 juli verraste het Internationaal Gerechtshof van Den Haag de wereld met het advies dat de muur illegaal is – want gebouwd in bezet gebied i.p.v. op Israëls eigen grondgebied - en daarenboven militair niet gerechtvaardigd. Het Actieplatform Palestina (APP) (1)reageerde toen als volgt: (uit de persmededeling - 15 juli) “…Bovendien ging het Hof verder dan het toepasbare recht op te sommen: het paste het recht toe en stelde de internationale gemeenschap mee verantwoordelijk voor de afdwinging ervan. Ondanks zijn niet-bindende karakter is dit advies gebaseerd op bindend recht, VN-resoluties en het internationaal humanitair recht, en kan de internationale gemeenschap het niet zomaar negeren. De conclusie van het Hof was dat de Muur illegaal is en niet gerechtvaardigd wordt door militaire noodzaak. Bijgevolg moet Israël de bouw van de Muur stopzetten, de gebouwde delen afbreken en compensatie betalen indien restitutie niet mogelijk is. Daarnaast benadrukte het Hof dat dit een juridische zaak is, met ernstige politieke gevolgen, die de hele internationale gemeenschap aanbelangt. Daarom vroeg het ook de Veiligheidsraad om deze illegale situatie te beëindigen. Bovendien riep het Hof alle staten op om de illegaliteit van de Muur te erkennen, geen bijstand te verlenen voor de bouw ervan en Israëls respect voor het internationaal humanitair recht af te dwingen. Het Actieplatform Palestina wil de aandacht vestigen op het belang van deze oproep en de gevolgen ervan voor de Euro-Israëlische relaties. Tot onze vreugde herhaalden de EU ministers van Buitenlandse Zaken op 12 juli het Europese standpunt over de Muur. Dit leunt zeer nauw aan bij het advies van het Internationaal Gerechtshof. Ook de EU en de Europese lidstaten beschouwen dat de doctrines waarop Israël zich baseert om maatregelen te treffen die de Palestijnse burgerbevolking schaden, illegaal zijn. Het probleem is echter dat de EU weigert concrete stappen te zetten om Israëls respect voor het internationaal recht af te dwingen. Om de bilaterale relaties niet in het gedrang te brengen, verkiest de EU zijn externe relaties met Israël te voeren op een manier die niet conform is aan de legale verplichtingen van de lidstaten. Dit blijkt zeer duidelijk uit de schendingen van het Associatieakkoord. Daarom wil het Actieplatform nogmaals benadrukken dat enkel het respect voor het internationaal recht tot een duurzame vrede in Israël en Palestina kan leiden. Wij hebben begrip voor het Europese standpunt dat het politieke proces, vastgelegd in het Stappenplan, centraal staat. Toch kan dit politieke proces nooit slagen indien de EU in zijn relaties met Israël het internationaal recht niet voorop stelt. De EU zal effectieve maatregelen moeten treffen om het advies van het Internationaal Gerechtshof te respecteren. Nederland wil tijdens zijn EU-voorzitterschap een pro-actieve rol spelen om tot een oplossing voor het Israëlisch-Palestijns conflict te komen. Wij waarderen dit en vragen dat tijdens het Nederlandse voorzitterschap een consensus wordt bereikt over de maatregelen die tegen de Muur moeten worden genomen. Een eerste stap die de EU kan zetten, is het Associatieakkoord met Israël opschorten. Dit kan een krachtig signaal zijn aan Israël dat de EU de blijvende schendingen van het internationaal recht, zoals nogmaals door het Internationaal Gerechtshof vastgesteld, niet aanvaardt.” Op http://www.11.be/palestina/ vind je een petitie aan de politici, die je nog altijd kan ondertekenen door via het woord ‘hier’ de tekst open te klikken, je naam in te vullen en te mailen. De petitie loopt al langer, en vertolkt wat hierboven n.a.v. de uitspraak nogmaals beklemtoond wordt. Reacties in Israël Helaas zette het Israëlische Hooggerechtshof spoedig een domper op de vreugde, door een zeer rekbare interpretatie te geven aan het advies van het Internationale Gerechtshof. Dat Israël de bouw moet stopzetten, de op bezet gebied gebouwde delen moet afbreken en compensatie moet betalen indien restitutie niet mogelijk is, wordt door de Israëlische rechters omgetoverd in een uitspraak die het de regering Sharon toelaat de bouw vooralsnog voort te zetten. De reactie van de Israëlische vredesbeweging Gush Shalom (Peace Block) (2)spreekt boekdelen: we geven er hieronder de hoofdpunten uit weer. De media zagen in de uitspraak dan wel een briljant succes voor de advocaten tégen de muur: het Hooggerechtshof vroeg de regering binnen de maand gedetailleerd te antwoorden op de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof. Maar de vredesactivisten in de rechtszaal overviel al snel een wrang gevoel – en de brede glimlach waarmee een legergeneraal de zaal verliet loog er niet om. Inderdaad: het Hooggerechtshof citeerde uit de uitspraak van ‘Den Haag’, maar knoopte daar in afwachting van een later oordeel ten gronde, onmiddellijk enkele minder opvallende ‘technische interim uitspraken’ aan vast waardoor het leger de bouw in verschillende betwistbare zones gewoon kan voortzetten. De regering zal later “de originele toestand moeten herstellen”, mocht dat uiteindelijke oordeel negatief uitdraaien. Vruchteloos hadden de advocaten gepleit dat het dan voor veel getroffen inwoners onherroepelijk te laat zal zijn: “Wanneer de muur een familie al die tijd de toegang verhindert tot de gronden waar hun vee op graast, moeten ze hun dieren verkopen en ondertussen leven van de verkoopprijs – wat moeten ze dan een jaar of twee later doen als ze opnieuw bij hun grond kunnen? En wat moeten handelaars in een drukke winkelstraat doen als ze voor hun klanten onbereikbaar zijn geworden: als twee jaar later de muur toch wordt neergehaald zijn ze al lang failliet…” De regering profiteerde blijkbaar volop van een recente aanslag bij A-Ram, met het argument dat A-Ram een belangrijke doorgang voor terroristen en zelfmoordaanslagen was. In de woorden van de aanwezige generaal: “Elk oponthoud in de verdere opbouw van de muur kost nieuwe mensenlevens.” Hij had net niet gezegd: “En jullie, rechters, zullen daarvoor de schuld dragen.” Niemand hield nog rekening met het argument van de advocaat dat gedecideerde terroristen sowieso overal gaatjes in de muur zullen blijven vinden. De muur die een enorme last betekent voor leerlingen die dagelijks hun school moeten zien te bereiken, en voor mensen de dringende medische verzorging moeten vinden. Tot zover de reactie van Gush Shalom. Uit de lange lijst van geweldloze protestacties vermelden we ter illustratie de grote optocht in de door de muur in twee gesplitste Palestijnse stad Abu Dis. Die mars, op 28 augustus, eindigde met toespraken in de schaduw van het acht meter hoge monster van apartheid, van onder meer Arun Gandhi, die aan de leiding staat van het Gandhi Institute for Non-Violence in India. Hij is de kleinzoon van Mahatma Gandhi, en was speciaal overgekomen uit India. Enkele citaten: “De muur die ik hier zie herinnert me aan de Bantustans die het Apartheidsregime in Zuid-Afrika had trachten te creëren. In mijn droom zie ik ooit Israëli’s en Palestijnen met duizenden samen de muur neerhalen die hen scheidt.” “Ik kwam naar hier om mee te protesteren tegen twee soorten onrecht. Dat van een muur die twee volken van elkaar scheidt, en dat van gevangenen die behandeld worden, erger dan beesten. Als ik toekwam vroeg iemand me waarom ik me hier kwam moeien met de problemen van dit land en deze regio. Ik antwoordde in de woorden van Martin Luther King: een onrecht ergens, is een onrecht overal. Dit probleem is er geen van de Palestijnen of de Israëli’s alleen, het is dat van de hele wereld, en het is aan de hele wereld om tussen te komen. De vorige eeuw was de meest gewelddadige in de geschiedenis van de mensheid, en het is aan ons om te zorgen dat de 21ste eeuw anders wordt.” Reeds voor deze toespraak was een erg handige activist als een echte spiderman de muur opgeklommen om bovenaan heen en weer te wandelen met een Palestijnse vlag. Dan liet hij een touw zakken zodat tijdens Gandhi’s speech een vijftiental anderen mee naar boven konden, aangemoedigd door de massa - hoewel velen vreesden dat er iets heel ergs zou kunnen gebeuren. “Dat is juist wat Mahatma Gandhi zou hebben geadviseerd in een gelijkaardige situatie”, haakte Arun Gandhi erop in: “een openlijke daad van geweldloze uitdaging, zonder de gevolgen ervan te willen verbergen of uit de weg gaan, om aan de verdrukker de waardeloosheid van zijn maatregelen aan te tonen – zoals deze muurklimmers duidelijk de volslagen nutteloosheid van de muur aantonen.” Een andere opgemerkte aanwezige was de zo lang gevangen gehouden Mordechai Vanunu, die van de gelegenheid gebruik maakte om zijn solidariteit uit te drukken met de hongerstakende Palestijnse gevangenen (zie verder): “Ik weet uit ervaring wat het betekent om in zulke omstandigheden gevangen te zitten.” Hongerstaking Palestijnse gevangenen Niet alleen de muur houdt de vredesbeweging wakker en maakt internationale solidariteit noodzakelijk, ook de recente – en bij het ter perse gaan van dit nummer (tijdelijk, al dan niet gedeeltelijk?) opgeschorte - hongerstaking in de Israëlische gevangenissen riep wereldwijd protesten op. Als u dit leest weet u wellicht meer over de verdere afloop en het eventuele vervolg. Waarover ging het / gaat het? De persmededeling van het Actieplatform Palestina (25/8) vertelt ons alles – en de inhoud van deze tekst blijft actueel, ook indien de hongerstaking vooralsnog is opgeschort: “APP steunt Palestijnse politieke gevangenen Op 15/8 zijn 4000 Palestijnse politieke gevangenen met een hongerstaking begonnen uit protest tegen de onmenselijke condities in de Israëlische gevangenissen. Israëlisch minister van Veiligheid Hangebi verklaarde dat “de gevangenen mogen voortdoen met hun actie tot ze sterven”. Het APP is bijzonder verontrust over het lot van de, bijna 8000, Palestijnse politieke gevangenen in de Israëlische gevangenissen. Het vasthouden op Israëlisch grondgebied is niet alleen een inbreuk op de Vierde Conventie van Genève. Bovendien worden deze gevangenen, door Israël omschreven als ‘veiligheidsgevangenen’, onderworpen aan fysieke en psychische folteringen. (…) Het APP steunt de Palestijnse gevangenen die een menswaardige behandeling eisen en vragen dat : - zieke gevangenen onmiddellijk medische verzorging krijgen; - minderjarige gevangenen gescheiden worden van volwassenen en politieke gevangenen gescheiden worden van criminelen, aangezien dit een schending van zowel het internationaal recht als het Israëlische recht is; - de cipiers onmiddellijk ophouden met het slaan van de gevangenen en het gebruik van traangas en de cellen niet langer binnengaan met geweren om de gevangenen te intimideren; - de integrale fouilleringen van gevangenen telkens als ze hun cel binnengaan of verlaten, worden stopgezet; - praktijken zoals het in beslag nemen van geld, het verbod op bezoek, de verlenging van de opsluiting voor ‘misdrijven’ zoals zingen, ophouden; - alle gevangenen bezoek mogen krijgen van hun familie, vervoer wordt voorzien voor dit bezoek om de lengte van de reis te verkorten, het systematisch uitkleden van bezoekers voor fouilleringen stopt en de gevangenen de toelating krijgen om meer dan één bezoeker om de twee weken te zien; - de communicatie tussen de gevangenen en hun familie die hen bezoekt, verbeterd wordt en ze niet langer gescheiden worden door een metalen en glazen afscheiding die het gezicht en het gehoor sterk verstoort; - rekening wordt gehouden met specifieke medische problemen bij de voeding van de gevangenen; - er een lijst wordt opgesteld van voorwerpen die gevangenen van hun familie mogen ontvangen, zodat dit niet langer is overgeleverd aan de willekeur van de cipiers. We willen eraan herinneren dat Israël gebonden is aan de internationale verdragen die het heeft geratificeerd. Ook de Europese Unie moet haar verantwoordelijkheid opnemen en Israëls respect voor het recht afdwingen. Een eerste stap die de EU moet zetten, is het Associatieakkoord met Israël opschorten op basis van de systematische schendingen van de mensenrechten van Palestijnse burgers. Het APP verwacht tevens van de Belgische regering dat ze de Israëlische autoriteiten wijst op hun internationale verplichtingen en de situatie van de Palestijnse politieke gevangenen laakt.” Tot zover het APP. De hongerstaking opende opnieuw vele ogen wereldwijd en leidde onmiddellijk tot talrijke protesten. In Israël zelf, en ver daarbuiten. Eén actieverslag uit de vele: op zaterdag 21 augustus gingen vele honderden activisten in op de oproep van de Hadash Party: Israëlische joden, Arabische betogers, anarchisten, activisten van de Israëlische vredesbeweging Gush Shalom en buitenlandse vrijwilligers van ISM (International Solidarity Movement) trokken op naar de poorten van drie gevangenissen waar Palestijnse gevangenen in hongerstaking waren. Aan de Hadarim gevangenis maakte de politie zich op om de demonstranten uiteen te drijven, maar medeorganisator Issam Makhul kon hen van dat idee afbrengen. Wel volgde het verbod om nog verder de luidsprekers te gebruiken. Daarop accentueerden de manifestanten hun gezangen met drumwerk op potten en pannen. Plots slaagde een van de leiders van het stakingscomité binnen de gevangenismuren erin om Makhul in de demonstratie per GSM te bellen. De gevangenen slagen er blijkbaar in om ondanks de inbeslagnames en zoekacties, toch enkele GSM’s verborgen te houden; toegang tot telefonisch contact - wat wèl is toegestaan voor criminele gevangenen - is een van de belangrijkste eisen van de hongerstaking. In het telefoontje vertelde de oproeper dat zij binnen de gevangenis het lawaai van de demonstratie duidelijk konden horen, en dat het moreel van de hongerstakers hoog bleef. Roken verlicht de last van het hongerstaken. Sana Salameh, wiens man in Hadareh al sinds 1986 vast zit, wist te vertellen dat de gevangenisdirectie nu ook de gevangenen hun sigaretten had afgenomen. Net als de zoutklompjes, waar ze tijdens de hete uren aan zuigen. Van elders kwam het bericht dat in een gevangenis de bewakers opzettelijk goed zichtbaar een barbecue hadden georganiseerd. 4 september was een wereldwijde solidariteitsdag met de hongerstakende Palestijnse gevangenen. Bij ons voorzag men een solidariteitshongerstaking vanaf het middaguur op vrijdag 3 september, met toespraken, muziek en een wake aan de beurs, nadat er eerst een actie plaats had gevonden aan de Israëlische ambassade. Ouders van slachtoffers: hoop in plaats van haat Palestijnen brengen zichzelf tot ontploffing en sleuren onschuldige burgers, ook kinderen, met zich mee de dood in. Het Israëlische leger schiet met scherp vanuit jeeps, tanks, soms helikopters, met ook hier veel ‘collateral damage’: buren van de geviseerde Palestijnse doelwitten, kinderen die op straat speelden… Waar je dan alleen maar haat en wraakzucht zou verwachten, zijn echter moedige nabestaanden uit beide kampen samen actief om elkaar te troosten en om de juiste conclusies te trekken uit wat hen overkwam: deze Israëlische en Arabische families nemen samen initiatieven voor vrede en verzoening. Rami Elhanan bijvoorbeeld, een joodse graficus-designer, oudstrijder uit de Jom Kippur oorlog, verloor zijn veertienjarige dochter in een zelfmoordaanslag in Jeruzalem. Er volgde een jaar van pijn en innerlijke strijd; maar wraak brengt niets op, dat brengt zijn kind niet terug… Hij kwam in contact met de ‘Bereaved Parents’ (elders ook de ‘Parents Circle’ genoemd): een grote groep families uit beide kampen, die allen een kind of familielid hebben verloren. Met tegenzin trok hij naar een vergadering, want “dat soort mensen moet wel gek zijn!” Op de eerste bijeenkomst trof hij een Arabische moeder die een foto van haar gedode zoon in een medaillon om de hals droeg. En in de ogen van deze vrouw ontdekte Rami diezelfde pijn die hij al een jaar lang met zich droeg. Nu moest hij beslissen: wraakgevoelens blijven koesteren, ofwel iets ondernemen om anderen tegen die pijn te helpen behoeden. Hij koos voor het tweede en bleef actief in de groep. Nu kan hij ’s morgens weer met moed opstaan en in de spiegel kijken. Hoewel het elke morgen een zware opgave blijft om zijn besluit te vernieuwen. Khaled Abu Awad was met zijn hele familie erg actief in de eerste Intifada (Palestijnse niet-gewapende opstand in 1987). Hij maakte meermaals kennis met Israëlische gevangenissen. Twee maanden na het begin van de tweede Intifada (2000) werd zijn broer Joussef (31), vader van twee kinderen, doodgeschoten door een Israëlisch soldaat. Joussef was met zijn wagen in de vuurlinie terechtgekomen tussen het leger en stenengooiende Palestijnen. Zijn andere broer Said (14) kwam van school, legde zijn boekentas weg en keerde naar buiten terug, naar zijn vrienden. Daar werd hij door een soldaat doodgeschoten, misschien eveneens per vergissing. Nooit in zijn leven wou Khaled nog een jood zien of spreken, laat staan in zijn eigen huis. Drie weken later vroeg een groep Israëli’s of ze met hem over vrede mochten komen spreken: “Neen, ik geloof geen woord meer van wat die mensen vertellen!” Op een dag vond hij bij zijn thuiskomst drie Israëlische vrouwen in zijn woning. De traditionele gastvrijheid verplichtte hem als Arabier om de bezoekers als gastheer te ontvangen. Er was een joodse moeder bij die een zoon verloren had. De Arabische ouders begonnen samen met haar te wenen. En ze spraken met elkaar, met het hart op dezelfde golflengte. Later zou Khaled vijftig Israëlische en vijftig Arabische families thuis ontvangen, die allen slachtoffers te betreuren hadden. En sindsdien werkt ook hij met de Parents’ Circle samen. Khaled en Rami noemen het de enige organisatie ter wereld die niet naar ledenuitbreiding streeft! Beiden trekken nu regelmatig naar scholen, om de 17-18-jarigen te confronteren met wat er met hen kan gebeuren als toekomstige soldaten. Ze organiseren zomerkampen voor kinderen en hun families; en ook bloedinzamelacties: Palestijns bloed gaat soms naar Israëlische ziekenhuizen en omgekeerd. Tussen mensen die elkaar niet rechtstreeks kunnen bereiken leggen ze telefonische contacten: momenteel al 300.000 oproepen. Ze stappen mee op in demonstraties om het einde van de bezetting te eisen. Hun spandoek: “Wij moesten voor jullie dromen betalen met de hoogste prijs die er bestaat - het leven van onze kinderen!”… Dienstweigeren De dienstweigerbeweging is een van de belangrijkste angels in de dikke huid van de regering, in de zo zwaar gemilitariseerde Israëlische samenleving, waar kritiek op het leger lange tijd een volslagen taboe was geweest. Sinds deze beweging aan publieke bekendheid won, gaan steeds meer jongeren dienst weigeren in de bezette gebieden. Anderen sluiten zich aan nadat ze tijdens hun militaire dienst zelf hebben kunnen ervaren met welke schendingen van de mensenrechten en met hoeveel geweld de bezetting gepaard gaat. We hebben in ons magazine al meermaals de acties van de dienstweigeraars toegelicht. Een nieuwe evolutie betreft de vrouwelijke gewetensbezwaarden – in Israël worden ook de jonge vrouwen onder de wapens geroepen. Tot voor kort werden zij in geval van dienstweigering zonder veel omhaal vrijgesteld. Laura Milo was de eerste vrouw die, nadat ze uit gewetensnood legerdienst weigerde in de bezette gebieden, veroordeeld werd, in eerste aanleg en nogmaals in beroep voor het Hooggerechtshof. Met het stempel ‘politieke dienstweigeraar’ werd haar de gevraagde vrijstelling ontzegd en moet ze zich opnieuw aanmelden. Zoniet gaat ze de gevangenis in. De rechter zei wél vrijstelling te kunnen aanvaarden voor vrouwelijke religieus geïnspireerde dienstweigeraars, en desnoods voor pacifistische totaalweigeraars (M/V): zij die in geen enkele omstandigheid en in geen enkele oorlog de wapens willen dragen. (Dezen kúnnen dan van de legeroverheid de gunst krijgen van ontheffing, het is geen recht). Maar de rechtbank verwierp vrijstelling voor ‘selectieve dienstweigeraars’ zoals Milo, voor wie het niet te doen is om legerdienst als dusdanig, maar specifiek om dienst in de bezette gebieden. Dit precedent past deze maatregel dus voor het eerst ook op vrouwelijke dienstplichtigen toe. Nadat enkele weken geleden bij een proces tegen vijf jonge mannelijke dienstweigeraars de verschillende behandeling van mannen en vrouwen ter sprake was gekomen, veranderden de militaire autoriteiten inderdaad het geweer van schouder ‘om de gender gelijkheid te garanderen’. In plaats van die gelijkheid uit te breiden naar de mannen toe, en ook hen vrijstelling op gewetensgronden toe te staan m.b.t. de bezette gebieden, zoals het tot nog toe voor vrouwen gold, wordt het gelijkheidsprincipe omgekeerd, om nu ook voor de vrouwen de vrijheid van geweten aan banden te leggen. Vrouwen die uit gewetensnood weigeren mee te doen aan mensenrechtenschendingen gaan de gevangenis in, terwijl automatische vrijstelling wel geldt voor de vrouwelijke dienstplichtigen die afkomstig zijn uit conservatieve religieuze kringen waar ‘de vrouw aan de haard thuishoort’, en die de oorlog en het geweld wèl goedkeuren. Maar, aldus Laura Milo: “Deze uitspraak zal niets veranderen aan mijn geweten en aan mijn beslissing om niet mee te werken aan de bezetting. De regering voert daar een beleid van dagelijkse vernedering van de Palestijnse bevolking en ik wil geen onderdeel zijn van een instrument dat dergelijk verwerpelijk beleid moet uitvoeren.” Een groep van de ‘Bereaved Parents’ (zie hoger) is bij de jaarlijkse inschrijvingsperiode van jonge afgestudeerden begonnen met een campagne om hen op te roepen hun drie jaar legerdienst te weigeren. Het pamflet dat ze aan de rekruteringscentra uitdelen waarschuwt: levend terugkeren is allesbehalve zeker, en als je sneuvelt ben je na een paar maanden vergeten door zij die je erheen stuurden. Je enige nut voor hen is te dienen als kanonnenvee. Ben je dood, dan krijgen je ouders een officiële dankbetuiging en een check van 1200 NIS. Samenstelling: Peter Jochems (1)Actieplatform Palestina: Koepel van de Vlaamse Noord-Zuidbeweging - 11.11.11, Broederlijk Delen, Centrum voor Ontwikkeling, Documentatie en Informatie Palestijnen CODIP, FOS-Socialistische Solidariteit, Geneeskunde voor de Derde Wereld, Oxfam Wereldwinkels, Oxfam Solidariteit, Pax Christi Vlaanderen, Socialisme zonder Grenzen, Christenen voor het Socialisme, Vlaams Palestina Komitee, Vrede, ACW nationaal (2) http://www.gush-shalom.org/english/ - Gush Shalom heeft een Engelstalige elektronische nieuwsbrief waarop men zich kan inschrijven. Bovenstaande reactie werd uit de nieuwsbrief van 20/8 gepuurd.