Deze opinie verscheen op woensdag 31 januari 2018 op Knack.be
Lene Jacobs en Fien De Meyer (Vredesactie) trekken samen met Willem Staes (Pax Christi Vlaanderen) aan de alarmbel: 'Hoe komt het dan dat niemand zich achteraf afvraagt wat het heeft opgebracht, die bombardementen die we onze gevechtsvliegtuigen duizenden kilometers verderop laten uitvoeren?'
We leven in een tijd van checks and balances. Voetbalwedstrijden en tennismatchen worden in slow-motion opnieuw afgespeeld, vanuit verschillende standpunten becommentarieerd en geanalyseerd. Zieken en werklozen worden gecontroleerd, scholieren en studenten beoordeeld, projecten en verenigingen volgens vaste beoordelingscriteria geëvalueerd. Hoe komt het dan dat niemand zich achteraf afvraagt wat het heeft opgebracht, die bombardementen die we onze gevechtsvliegtuigen duizenden kilometers verderop laten uitvoeren?
Onze parlementairen vervullen een bijna decoratieve rol als het gaat over oorlog en vrede.
De theorie stelt dat de politiek de architect van de oorlog is in een parlementaire democratie. Het leger is (één van de) aannemer(s). De democratische controle moet het gebruik van (staats)geweld legitimeren. Want het is toch niet niks, bij oorlogen staan zowel de levens van onze jongens en meisjes op het spel, als de levens en vaak de toekomst van de mensen ter plaatse. Toch blijkt uit ons nieuwe rapport 'Parlement buitenspel? Democratische controle op militaire operaties' dat er iets ernstig schort aan die democratische controle. In tegenstelling tot andere landen vervullen onze parlementairen een bijna decoratieve rol als het gaat over oorlog en vrede.
Ten eerste heeft het federale parlement geen instemmingsrecht bij de start van een operatie. Toen ze voor de laatste twee operaties (Libië in 2011 en Irak in 2014) toch geconsulteerd werd - omdat de regering in lopende zaken was - werd het schrijven van de "parlementaire resolutie" uitbesteed aan de regering. Nog voor de stemming afgerond was, waren de gevechtsvliegtuigen al vertrokken vanop de Belgische basissen.
Ten tweede bestaat er geen formeel, publiek mechanisme voor de doorstroom van informatie of de opvolging van lopende operaties. De commissie achter gesloten deuren waarvan de leden elke maand een uurtje gebrieft worden over alle lopende operaties, kan moeilijk een democratische en transparante reflectiekamer genoemd worden. Bovendien maken de leden van de publiek toegankelijke Kamercommissies Buitenlandse Zaken en Defensie nauwelijks gebruik van de erg beperkte controlemechanismen waarover ze beschikken. Ten derde werd er de voorbije twintig jaar geen enkele militaire operatie geëvalueerd. In België bestaan er noch jaarlijkse tussentijdse evaluaties, noch eindevaluaties na afloop van militaire operaties.
We zijn niet de eersten die tot de vaststelling komen dat je ver moet zoeken naar de democratische controle op militaire operaties in België. Zowel de Rwandacommissie als het Rekenhof, toch geen stemmen uit de marge, pleitten voor een degelijke evaluatie na afloop van een operatie. 'Er ontbreekt een duidelijk verantwoordingskader dat de informatiedoorstroming naar het parlement over de buitenlandse operaties structureert' voegt het Rekenhof daaraan toe in een rapport uit 2010. De aanbevelingen van het Rekenhof worden sindsdien vakkundig genegeerd door regering en parlement.
Regering en parlementsleden hebben nog een jaar de tijd om ervoor te zorgen dat het federale parlement een hedendaagse rol krijgt in de controle op militaire operaties.
Meer recent, bij de start van de operatie in Irak in september 2014, beloofde de regering een evaluatie na één maand, in het kader van de verlenging van de operatie. Tot vandaag werd zo'n evaluatie nooit gemaakt. Nochtans beloofde ook de nieuwe regering een maand later in haar regeerakkoord niet alleen een eindevaluatie na afloop van een operatie, maar ook dat ze samen met het parlement een 'nieuw, modern en transparant mechanisme zal zoeken voor de doorstroming van informatie aangaande lopende operaties'. Waarop wachten regering en parlement om eindelijk hun eigen regeerakkoord en de aanbevelingen van het Rekenhof uit te voeren?
Geen tijd te verliezen dus, regering en parlementsleden hebben nog een jaar de tijd om ervoor te zorgen dat het federale parlement een hedendaagse rol krijgt in de controle op militaire operaties. Geen overbodige luxe in een tijd waar de ene oorlog de andere opvolgt en de regering zich met de aankoop van nieuwe gevechtsvliegtuigen engageert om nog generaties lang te blijven bombarderen.
Lene Jacobs en Fien De Meyer zijn stafmedewerkers bij Vredesactie. Willem Staes is beleidsmedewerker bij Pax Christi Vlaanderen.