Op 10 november is het opnieuw verzamelen geblazen voor de lobbyisten van de wapenindustrie. De jaarlijkse conferentie van het Europees Defensie Agentschap (EDA) is een lobbyevent dat hoog op de agenda prijkt van zowel Europese politici als de CEO's van de wapenindustrie. Vredesactie mag dan wel niet uitgenodigd zijn, ook wij zullen aanwezig zijn. Onze boodschap is klaar en duidelijk: geen wapendealers in Brussel.
Belastingvermindering voor de aankoop van wapens, subsidies voor wapentechnologie, Europees geld voor ontwikkelingshulp naar legers in het Zuiden, het zijn maar enkele van de voorstellen die de EU het afgelopen jaar lanceerde. Wie denkt actief mee? Wie wil het graag uitvoeren? Het EDA staat in vele gevallen op de eerste rij.
De wapenindustrie in de cockpit
“De Europese wapenindustrie is een vurig voorstander van dit Agentschap.”, zo liet Javier Solona, toenmalig Europees vertegenwoordiger voor buitenlands beleid, in mei 2004 optekenen tijdens een Europese defensietop. Enkele maanden later werd het Europees Defensie Agentschap boven de doopvont gehouden. Solona's opmerking was een understatement. De Europese wapenindustrie was niet enkel enthousiast over de oprichting van het EDA, het was op basis van voorstellen van de wapenindustrie dat het EDA tot stand is gekomen.
Reeds tijdens gesprekken in 2002, die de basis vormden voor het Verdrag van Lissabon, werden de krijtlijnen uitgezet voor een Europees “bewapeningsagentschap”. Werkgroep VIII, die zich tijdens deze gesprekken boog over defensie, werd in grote mate gedomineerd door de belangenvertegenwoordigers van de defensie-industrie. Van de dertien leden waren er drie van de defensie-industrie zelf, waaronder BAE Systems en EADS (later herdoopt tot Airbus). Kritische stemmen uit het maatschappelijk middenveld ontbraken.Het is dan ook niet te verwonderen dat van meet af het EDA expliciet de opdracht kreeg de belangen van de Europese wapenindustrie te verdedigen. Het “versterken” van de Europese defensie-industrie zo noemt dat in de mission statement van het EDA.
2016: kanteljaar naar een militair Europa?
Twaalf jaar later laten de resultaten zich raden. De wapenindustrie heeft haar greep op de Europese instellingen verder versterkt. Het EDA ziet 2016 als een kantelpunt naar een militair Europa. Het verkrijgen van Europese subsidiëring voor wapenonderzoek is daarbij het belangrijkste streefpunt dat zowel op de agenda van het EDA als de wapenindustrie prijkt.
Europese subsidies voor de wapenindustrie zouden een primeur zijn. Tot nu toe financierde de Europese Unie enkel civiel onderzoek. Wapentechnologie was uitdrukkelijk uitgesloten van de Europese subsidiepot.
Komt hier verandering in? Het Europees Parlement stemt in september over een eerste schijf van tachtig miljoen euro voor de wapenindustrie voor een periode van drie jaar. Indien het parlement dit precedent goedkeurt, dreigt meer geld te volgen. Op vraag van de Europese Commissie adviseerde de wapenindustrie namelijk al een opvolgprogramma van 3,5 miljard euro voor de periode van 2021 tot 2027.
Het Europees Parlement wordt gevraagd voor een blanco cheque te stemmen. Welke projecten gesubsidieerd zullen worden of wie de eigendomsrechten van de onderzoeksresultaten zal krijgen is onbekend. Deze beslissingen worden achter gesloten deuren genomen zonder enig democratisch debat. Nochtans zijn deze vragen cruciaal. De wapenindustrie doet er alles aan om de eigendomsrechten voor zichzelf op te eisen. Met andere woorden, niet alleen dreigen wapenbedrijven handenvol gemeenschapsgeld te krijgen toegestopt voor onderzoek naar militaire technologie, de resultaten van dat onderzoek worden naar alle waarschijnlijkheid ook nog eens geprivatiseerd.
Europa: weinig visie, veel wapens
In juni lanceerde Federica Mogherini, de Europese hoge vertegenwoordiger voor buitenlands beleid, een globale strategie voor het Europees buitenlands en veiligheidsbeleid. Mogherini's visie is sterk militair gekleurd. Ze wil dat Europa overal ter wereld en op elk moment militair kan ingrijpen. Hiervoor moeten de lidstaten meer wapens kopen. Daarom roept Mogherini de lidstaten op om twintig procent van hun defensiebudgetten te spenderen aan wapenaankopen. Dit zou natuurlijk een opsteker zijn voor de wapenindustrie. Mogherini stelt in haar globale strategie dan ook dat een sterke wapenindustrie een absolute vereiste is. Een wapenindustrie die uiteraard in een nauwe 'dialoog' staat met de Europese beleidsmakers. Het EDA krijgt een centrale plaats toebedeeld. Zo staat in de tekst te lezen dat “the full use of the European Defence Agency’s potential are essential prerequisites for European security and defence efforts underpinned by a strong European defence industry.”
EDA conferentie: geen wapendealers in Brussel
Deze beleidsinitiatieven staan ongetwijfeld hoog op de agenda van de jaarlijkse conferentie van het EDA, dé hoogmis voor lobbyisten. Die dag verzamelt het kruim van de Europese beleidsmakers, het leger en de wapenindustrie om de koers van de Europese defensie te bepalen. De aankondiging van de conferentie van november 2016 belooft alvast weinig goeds: het EDA belooft een “uniek platform te bieden voor beleidsmakers om er zich van te verzekeren dat de wapenindustrie in vorm blijft”.
De genodigde gasten zijn niet van de minste. Federica Mogherini is één van de belangrijkste genodigden maar ook ministers van defensie zijn meestal aanwezig. Zo was toenmalig minister van defensie Pieter De Crem in 2014 nog één van de gastsprekers. Daarnaast mogen 'hooggeplaatste industriëlen' tijdens de panelgesprekken hun visie uit de doeken doen, zo luidt de aankondiging.
Europese beleidsmakers leggen ons veiligheidsbeleid in handen van de wapenindustrie. Dit leidt enkel tot meer wapenexport en meer oorlog. De belangen van de wapenindustrie zijn niet die van vrede en stabiliteit, maar die van winst en groei. Een industrie die profiteert van oorlog zou niet achter gesloten deuren mogen vergaderen met Europese beleidsmakers.
Neem op 10 november deel aan de actie: geen wapendealers in Brussel.